Skip to main content

Op het terrein van het arbeidsrecht verandert er weer het nodige in het aankomende jaar. Hieronder de belangrijkste wijzigingen en enige plannen die mogelijk nog in 2024 aan de orde kunnen komen: 

Nieuwe wet minimumloon

Er zijn eigenlijk twee wijzigingen aankomend jaar. Allereerst is dat de Wet invoering minimumuurloon. Daarmee wordt op 1 januari 2024 het wettelijk minimumuurloon ingevoerd en verdwijnen de vaste minimum dag-, week- en maandlonen. Het wordt dan verplicht werknemers van 21 jaar en ouder per uur minimaal het minimumuurloon te betalen. 

De tweede verandering is de verhoging van het minimumloon per 1-1-2024 met 3,75%. Dit is de gebruikelijke halfjaarlijkse indexatie van het minimumloon. Deze verhoging houdt in, dat het wettelijk bruto minimumuurloon voor werknemers van 21 jaar en ouder wordt € 13,27 per uur. 

Versobering 30%-regeling

De 30%-regeling voor buitenlandse medewerkers wordt geleidelijk aan versoberd. De 30%-regeling houdt in dat aan bepaalde werknemers zonder nader bewijs maximaal 30% van het loon inclusief de vergoeding onbelast kan worden  gegeven. Het bedrag waarover 0de regeling kan worden toegepast, wordt in 2024 begrensd op € 233.000,-. Bij een aanvraag vóór 1 januari 2024 geldt een overgangsregeling.

Vrije ruimte WKR

Met de werkkostenregeling (WKR) kan een werkgever zelf bepalen wat hij onbelast aan zijn werknemers vergoedt, geeft of beschikbaar stelt. Denk aan cadeaubonnen, sportabonnementen, fietsregelingen of kerst pakketten. De vrije ruimte binnen de WKR gaat in 2024 terug naar 1,92%. Deze was in 2023 tijdelijk verhoogd van 1,7% naar 3% als extra lastenverlichting voor ondernemers. 

Stijging AOW-leeftijd

De AOW-leeftijd wordt 67 jaar. In 2023 was dat 66 jaar en 10 maanden. In de tabel zie je de verwachte stijgingen tot en met 2029. 

Pensioenopbouw

Door invoering van de Wet toekomst pensioenen kunnen werknemers eerder toetreden tot een pensioenregeling. De ondergrens daarvoor wordt aangepast van 21 jaar naar 18 jaar.

Vergoeding vrijwilligers omhoog

De vrijwilligersvergoeding stijgt met ingang van 1 januari 2024 van € 1.900,- naar € 2.100,- per jaar of € 210,- per maand.

STAP-budget afgeschaft

Op 1 januari 2024 stopt officieel het budget Stimulering van de Arbeidsmarkt Positie (STAP-budget). Met dit budget was de idee dat een werkende zijn positie op de arbeidsmarkt kon verbeteren. De werkende kon een vergoeding van maximaal € 1.000,- per jaar aanvragen om te gebruiken voor scholing. Vanaf 1-1-2024 kunnen ondernemingen nog wel gebruikmaken van de Stimuleringsregeling voor leren en ontwikkelen in mkb-ondernemingen (SLIM). Een deel van het resterende STAP-budget wordt gebruikt om de SLIM-regeling te verhogen. Aan de SLIM wordt een tijdelijke voorziening voor individuele scholing toegevoegd. Op een speciale pagina van de SER over een leven lang leren en ontwikkelen is een overzicht te vinden van de nog bestaande mogelijkheden voor (vergoeding van) scholing. 

Verhoging onbelaste reiskostenvergoeding

In 2023 is de onbelast aan werknemers of aan jezelf als ondernemer te vergoeden reiskosten verhoogd van 19 cent naar 21 cent per kilometer. In 2024 stijgt de vergoeding verder naar 23 cent per kilometer.

Belastingvrij OV vergoeden of verstrekken

Als het doorgaat kun een werkgever vanaf 1 januari 2024 makkelijker belastingvrij een OV-abonnement of voordeeluren kaart vergoeden of verstrekken. De werkgever hoeft geen loonheffing in te houden op voorwaarde dat de medewerker de Ov-kaart ook zakelijk gebruikt. Voor het ter beschikking stellen hoefde dit al niet (de organisatie koopt in dat geval de Ov-kaart).

Hogere onbelaste thuiswerkvergoeding

De onbelaste thuiswerkvergoeding gaat in 2024 omhoog. Het bedrag moet wettelijk jaarlijks worden geïndexeerd met de tabelcorrectiefactor. Die wordt eind 2023 gepubliceerd in de Staatscourant. De huidige thuiswerkvergoeding bedraagt 2,15 euro per thuiswerkdag. Het verwachtte bedrag voor 2024 is 2,35 euro.

Stijging arbeidskorting

Door verschillende maatregelen in het Belastingplan 2024 houden werknemers en gepensioneerden netto meer over in 2024. Zo stijgt de arbeidskorting voor werkenden met € 115,-. Werknemers met een salaris tot bijna € 40.000,- gaan er hierdoor op vooruit.

Aanpassingen Lage Inkomens Voordeel (LIV)

Omdat het lage-inkomensvoordeel (LIV) maar beperkt effect heeft, is als uitwerking van de afspraken in het pensioenakkoord afgesproken dat het LIV per 2025 wordt afschaft. In aanloop hiernaar wordt het in 2024 al beperkt. Het jeugd-LIV voor werknemers van 18 tot en met 20 jaar verdwijnt al met ingang van 1 januari 2024.

Regels voor zzp-ers 

Er is eind van het jaar 2023 een nieuw wetsvoorstel (Wet Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties) ter consultatie aangeboden. De idee van deze wet was om schijnzelfstandigheid tegen te gaan en duidelijkheid te scheppen wanneer een arbeidsrelatie een arbeidsovereenkomst zou moeten opveren. Deze wetgeving heeft echter een enorme hoeveelheid (negatief) commentaar opgeleverd en zal het waarschijnlijk in 2024 niet gaan halen. Vooralsnog is de enige verandering die concreet is, dat de modelovereenkomsten waarbij vrije vervanging als doorslaggevend voor het niet opleveren van een arbeidsovereenkomst zou opleveren, per 1 januari zijn komen te vervallen.

Aanpassen tijdelijke contracten en ketenregeling

In het hiervoor genoemde nieuwe wetsvoorstel (Wet Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties) zijn er ook andere wijzigingen in het arbeidsrecht aangekondigd, die waarschijnlijk wel tot een (snellere) invoering zullen kunnen komen. Of dat nog in 2024 is, is de vraag. Belangrijkste onderdelen hiervan zijn de afschaffing van nul urencontracten. Verder zou de ketenregeling weer eens aangepast moeten worden, waarbij de ketenbepaling verlengd wordt van zes maanden naar vijf jaar. Hierdoor zou bij tijdelijke contracten pas sprake zijn van een nieuwe keten bij onderbreking van contracten over een periode langer dan vijf jaar. 

Verplichte aanstelling van een vertrouwenspersoon

Iedere werkgever met meer dan tien werknemers is verplicht per 1 januari 2024 om een interne of externe vertrouwenspersoon aan te wijzen, die als taak heeft het opvangen, begeleiden en adviseren van de werknemer en deze zo nodig doorverwijzen naar een professionele hulpverlenende instantie of hulpverlener. Daarnaast wordt de vertrouwenspersoon belast met het signaleren van knelpunten in de uitvoering van het beleid en het geven van gevraagd en ongevraagd advies hierover aan de werkgever, de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging.